Nieuwe regelgeving verenigingswerkers 2021

De wet van juli 2018 maakte het voor verenigingswerkers mogelijk om onbelast bij te verdienen. Al snel kwam hier vanuit een aantal belangenorganisaties commentaar op. Het zou oneerlijke concurrentie zijn voor personen die dezelfde activiteiten uitvoeren onder de vorm van een arbeidsovereenkomst of als zelfstandige. Zij zijn wel onderworpen aan sociale en fiscale bijdragen.

In een arrest van 23 april 2020 vernietigde Het Grondwettelijk Hof heeft de regelgeving rond het onbelast bijverdienen. De regelgeving liep wel nog door tot eind 2020. Sinds 1 januari 2021 zijn er dus nieuwe regels van kracht.

Tax Free

 

Nieuwe voorwaarden

Ten eerste moet je als verenigingswerker nog altijd een hoofdactiviteit uitoefenen als werknemer, zelfstandige of ambtenaar. Je komt in aanmerking als je:

  • ouder bent dan 18 jaar;
  • In de 12 tot 9 maanden (T-3) voorafgaand aan de start van het verenigingswerk minstens één dag prestaties hebt geleverd als werknemer of ambtenaar.
  • In T-3 zelfstandige in hoofdberoep zijn en sociale bijdragen betalen
  • in T-2 gepensioneerd zijn

Verder kan je voortaan alleen nog als verenigingswerker aan de slag binnen de sportsector. Later zal er wellicht nog een nieuwe regelgeving worden uitgewerkt voor andere sectoren.

Deze activiteiten staan op de activiteitenlijst vermeld:

  • animator, leider, monitor of coördinator die sportinitiatie en/of sportactiviteiten geeft;
  • sporttrainer, sportlesgever, sportcoach, jeugdsportcoördinator, sportscheidsrechter, jurylid, steward, terreinverzorger-materiaalmeester, seingever bij sportwedstrijden;
  • conciërge van sportinfrastructuur;
  • hulp en ondersteuning bieden op occasionele of kleinschalige basis op het vlak van het administratief beheer, het bestuur, het ordenen van archieven of het opnemen van een logistieke verantwoordelijkheid bij activiteiten in de sportsector;
  • hulp bieden op occasionele of kleinschalige basis bij het opstellen van nieuwsbrieven en andere publicaties (zoals websites) in de sportsector;
  • geven van opleidingen, lezingen, en presentaties in de sportsector.

Andere wijzigingen

1. Aanvang overeenkomst

Voor de start van de overeenkomst moet je via een online platform, beheerd door de RSZ, een aanvraag inzake verenigingswerk indienen.

De partijen sluiten ook een schriftelijke ‘Overeenkomst inzake verenigingswerk'. De overeenkomst mag maximaal één jaar duren. Op jaarbasis mag je ook niet meer dan drie overeenkomsten sluiten met dezelfde vereniging, ongeacht of ze opeenvolgend zijn of niet. Er wordt geen minimale duurtijd voorzien.

2. Arbeidsduur

Voortaan moet er ook na elke zes uur prestaties een rustpauze van minimum 15 min. worden ingelast. Daarom moet er bij de overeenkomst ook een uurrooster worden toegevoegd. Een andere nieuwigheid is de begrenzing van de arbeidsduur. Zo mag je als verenigingswerker op kwartaalbasis niet meer dan 50 uur per maand werken.

3. Beëindiging overeenkomst

Wordt de overeenkomst beëindigd? Dan geldt er nu ook verplicht een opzeg:

  • zeven kalenderdagen wanneer de overeenkomst minder dan zes maanden loopt.
  • veertien kalenderdagen wanneer de overeenkomst langer dan zes maanden loopt.

Bij verbreking moet er een vergoeding worden betaald.

4. Vergoeding

Er moet voortaan een minimale vergoeding per uur toegekend worden van 5,10 euro (reeds geïndexeerd) Op jaarbasis mag je niet meer dan 6.390 euro (geïndexeerd 2021) verdienen.

Je inkomsten uit het verenigingswerk worden voor 20% belast. Die 20% wordt berekend op de helft van de vergoeding. De overige 50% zijn aftrekbaar als netto forfaitaire kosten. Concreet betekent dit dat je maar voor 10% wordt belast. De vereniging betaalt ook nog 10% solidariteitsbijdrage.

5. Cumulatieverbod

Er geldt nog altijd een sperperiode. Twaalf maanden voor het verenigingswerk mag je dus geen arbeidsovereenkomst gehad hebben bij dezelfde vereniging. Dit verbod geldt niet voor gepensioneerden.

Voorts is het niet de bedoeling dat reguliere arbeidsovereenkomsten worden omgezet, of functies vervangen worden, door een verenigingsovereenkomst.

6. Sancties

Voldoe je niet aan de voorwaarden rond het verenigingswerk of heb je meer inkomsten dan het jaarlijks vooropgestelde maximum, dan zullen de volledige inkomsten als beroepsinkomsten beschouwd worden.

7. Duur

De regelgeving geldt vanaf 1 januari 2021 tot 31 december 2021. 

Bron:  Liantis 

Voorafbetalingen voor vennootschappen

Ingewikkeld? Niet met een goede uitleg! Neem onderstaande zeker door. Mocht u nog vragen hebben, dan kan u altijd terecht bij uw Tellent Ondernemers Buddy (TOB). Want met een TOB, hoeft u niet meer te 'tobben' over uw zaak!

Bij Tellent Accountants gaan we er voor om u ELK KWARTAAL uw voorafbetalingen te optimaliseren en u hierin te begeleiden!

 

Hoe doe ik een voorafbetaling?

Tellent bekijkt per kwartaal welke voorafbetaling voor u optimaal zijn. U krijgt van ons een email met het bedrag, de bankrekening en de referentie waarmee u de betaling moet doen. Geen zorgen maken dus!

 

Wat als mijn kaspositie een voorafbetaling momenteel niet toelaat?

Uw bank heeft hiervoor financieringsmiddelen aan een lage kostprijs ter beschikking, waardoor u de uitgave in de tijd kan spreiden tegen een voordelige intrestvoet. Immers, het feit dat u voorafbetalingen dient te doen, betekent dat u een winstgevend bedrijf heeft, waar voor de banken een belangrijke parameter is.

 

Kan een belastingteruggave op naam van mijn vennootschap gebruikt worden als voorafbetaling?

Hebt u uw aanslagbiljet gekregen dat bevestigt dat u een terugbetaling krijgt? Dan kan die terugbetaling gebruikt worden als een voorafbetaling voor het volgende belastbare tijdperk. U moet dat per mail of per brief vragen voor de datum van terugbetaling (op het einde van de 2e maand die volgt op de ontvangst van het aanslagbiljet).

 tax

Welke vennootschappen moeten voorafbetalingen doen?

Voorafbetalingen zijn in principe verplicht voor:

  • Belgische vennootschappen die onderworpen zijn aan de vennootschapsbelasting,
  • Buitenlandse vennootschappen die onderworpen zijn aan de belasting niet-inwoners en die zich bezighouden met een exploitatie of met verrichtingen van winstgevende aard.

Opgelet

Kleine ondernemingen zijn niet verplicht om voorafbetalingen te doen voor de eerste drie boekjaren vanaf hun oprichting.

 

Wat zijn de gevolgen als mijn vennootschap geen voorafbetalingen doet?

Vennootschappen die geen of niet tijdig voorafbetalingen doen, riskeren een belastingsvermeerdering

taxes 

 

Hoe wordt de belastingvermeerdering berekend?

U hebt geen voorafbetalingen gedaan als vennootschap onderworpen aan voorafbetalingen? Dan zult u een belastingvermeerdering moeten betalen op het totaal van de belastbare inkomsten. Voor aanslagjaar 2022 (inkomsten 2021) zijn belastbaar:

  • inkomsten die in 2021 werden behaald of verkregen door vennootschappen die hun boekhouding per kalenderjaar voeren
  • inkomsten uit een boekjaar dat in 2022 voor 31 december is afgesloten, voor de vennootschappen die hun boekhouding anders dan per kalenderjaar voeren

De vermeerdering geldt voor de vennootschapsbelasting en de belasting voor niet-inwoners.

Berekeningsbasis voor de vermeerdering

De berekeningsbasis is gelijk aan 102 % van de belasting die u moet betalen op de inkomsten waarop de vermeerdering berekend zal worden. Van die inkomsten trekt de fiscus de voorheffingen en andere verrekenbare bestanddelen af die over deze inkomsten gaan (zoals het forfaitair gedeelte van buitenlandse belasting, belastingkredieten, roerende voorheffing …).

Het tarief van de vermeerdering

Voor het aanslagjaar 2021 (inkomsten 2020) is dat 6,75 %. Voor aanslagjaar 2022 (inkomsten 2021) is het percentage nog niet bekend op dit moment.

Berekening van de vermeerdering

We vermenigvuldigen de berekeningsbasis met het tarief van 6,75 %.

 

Wat als mijn vennootschap niet genoeg voorafbetalingen heeft gedaan?

Door op tijd voldoende voorafbetalingen te doen, voorkomt uw vennootschap een belastingvermeerdering.

De fiscus berekent dus eerst een vermeerdering en nadien trekken ze de voordelen af die horen bij de gedane voorafbetalingen. Voor het aanslagjaar 2021 (inkomsten 2020) is het bedrag van die voordelen gelijk aan de som van volgende berekeningen:

Indien uw vennootschap een DIVIDEND uitkeerde tussen 12/03/2020 en 31/12/2020:

  • bedrag van de 1ste voorafbetaling (VA1) x 9,00 %
  • bedrag van de 2de voorafbetaling (VA2) x 7,50 %
  • bedrag van de 3de voorafbetaling (VA3) x 6,00 %
  • bedrag van de 4de voorafbetaling (VA4) x 4,50 %

Indien uw vennootschap een GEEN DIVIDEND uitkeerde tussen 12/03/2020 en 31/12/2020:

  • bedrag van de 1ste voorafbetaling (VA1) x 9,00 %
  • bedrag van de 2de voorafbetaling (VA2) x 7,50 %
  • bedrag van de 3de voorafbetaling (VA3) x 6,75 %
  • bedrag van de 4de voorafbetaling (VA4) x 5,25 %

 

Percentage 

 

 

Heeft mijn vennootschap recht op een bonificatie?

Uw vennootschap doet voorafbetalingen en u vraagt zich af of die ook recht geven op een bonificatie (een echte korting op de belasting)?

Nee, vennootschappen hebben nooit recht op een bonificatie als ze te veel vooraf betaald hebben.

 

Wanneer moet mijn vennootschap haar voorafbetalingen doen?

De voorafbetalingen moeten binnen de vastgestelde termijnen worden uitgevoerd.

Voor het aanslagjaar 2022 (inkomsten 2021) betekent dat:

  • ten laatste op 12 april 2021 voor het eerste kwartaal
  • ten laatste op 12 juli 2021 voor het tweede kwartaal
  • ten laatste op 11 oktober 2021 voor het derde kwartaal
  • ten laatste op 20 december 2021 voor het vierde kwartaal

Opgelet

Dat zijn de data waarop de betaling ten laatste moet toekomen op de rekening van de dienst Voorafbetalingen. Betalingen die ná de vervaldag op de rekening toekomen, worden automatisch gebruikt voor het volgende kwartaal.

Nadat het boekjaar afgesloten is, zal uw vennootschap in MyMinfin een overzicht krijgen van de voorafbetalingen die in het afgelopen jaar gestort zijn.

 

Wat met vennootschappen die hun boekhouding niet per jaar kalenderjaar voeren?

Het boekjaar van een vennootschap valt niet noodzakelijk samen met een kalenderjaar. Onder bepaalde bijzondere omstandigheden bevat het boekjaar zelfs méér of minder dan twaalf maanden (jaar van oprichting, wijziging van afsluitingsdatum, ontbinding of afsluiting van een vereffening).

Dat heeft een invloed op de vervaldagen voor de voorafbetalingen, op het aantal vervaldagen, op de tarieven en op de berekeningswijze van de vermeerdering.

 

Kan ik een andere bestemming geven aan een al gestorte voorafbetaling?

Ja, dat kan, onder bepaalde voorwaarden.

Welke wijzingen van bestemming kunt u vragen?

U kunt vragen dat de gestorte voorafbetalingen geheel of voor een deel worden:

  • terugbetaald,
  • gebruikt om een openstaande schuld te betalen,
  • overgedragen naar een volgend aanslagjaar.

Hebt u als derde een voorafbetaling gestort voor rekening van een belastingplichtige? Dan kunt u ook een rechtzetting vragen van een materiële vergissing bij het storten.

Wat zijn de voorwaarden?

  1. De voorafbetaling mag nog niet verrekend zijn met de inkomstenbelasting verschuldigd door de belastingplichtige.
  2. U moet het ons ten laatste vragen op de laatste dag van de derde maand die volgt op het belastbare tijdperk.

 

Waar kan ik terecht met een concrete vraag rond mijn dossier voorafbetalingen?

Bellen

Elke werkdag van 8.30 - 17 u. op 02 572 57 57 (normaal tarief).

Via email

Stuur een mail naar This email address is being protected from spambots. You need JavaScript enabled to view it.

Bron:  https://financien.belgium.be/nl/ondernemingen/vennootschapsbelasting/voorafbetalingen

ITAA erkenning

Tellent BV is ITAA erkend als Tax Accountant onder nr 50.758.379 

Olivier Van Damme is ITAA erkend als Tax Accountant onder nr 11.242.502

Algemene en factuurvoorwaarden + Privacyverklaring

Klik hier voor de algemene en factuurvoorwaarden.

Klik hier voor de Privacyverklaring

Klik hier voor de Cookieverklaring

Contact Us

Kantoor: Kemzekedorp 34, B-9190 Kemzeke (Stekene) 
Telefoon: +32 (0)479 08 85 85 
E-Mail: Olivier.vandamme@tellent.be
Web: http://tellent.be